Post Description
Toen in 1977 de punk in Groot-Brittannië opkwam, schreven vele kranten over dit verschijnsel, en de toon was dan vooral 'herrie' en 'vandalisme'. In de zomer verscheen op elke Britse voorpagina dat een bezoeker van een punk-concert zijn oor werd afgebeten. Deze bezoeker was Shane MacGowan, geboren in Kent, als kind naar Londen gekomen. Enkele jaren na dit incident richtte MacGowan zelf een punkgroep op: de Nipple Erectors, kortweg the Nips. Shane's Ierse achtergrond liet hem echter niet los en uit de resten van de Nips werd in 1984 The Pogues geboren. De oorspronkelijke naam luidde overigens "Pogue Mahone", een verengelsing van de Ierse verwensing 'póg mo thóin' ("lik m'n reet"). Al gauw verscheen hun eerste LP: Red roses for me. Een opmerkelijke mengeling van punk en Ierse folk à la Dubliners. Er was een accordeon en een tin whistle te horen naast instrumenten die gangbaarder zijn in de rockscene. Shane zong allesbehalve zuiver, maar zijn teksten vielen op en ondanks zijn chronische alcoholisme kon hij goed uit de weg met de soms pittige teksten, die hij zelf schreef.
Elvis Costello was erg onder de indruk toen hij dit debuut hoorde en produceerde in 1985 het album Rum, Sodomy and the Lash, waarop het ruwe geluid wat werd bijgeschaafd. Ook Nederland leerde via de VPRO de Pogues rond deze tijd kennen.
Optredens van the Pogues waren altijd een feest, ondanks het steeds erger wordende alcoholisme van MacGowan, die inmiddels ook bekend stond om zijn extreem rottende gebit. Hoe dronken MacGowan ook was, vooral gedurende de eerste jaren kon hij de snelle teksten prima baas. Het kwam echter steeds vaker voor dat concerten op het laatste moment vervielen omdat hij niet in staat was rechtop te staan.
De derde LP, If I Should Fall From Grace With God, wordt door velen als het hoogtepunt beschouwd. Bassiste Cait O'Riordan heeft de groep inmiddels verlaten: ze trouwde met Elvis Costello, het huwelijk duurde tot begin 21e eeuw en in die jaren werkte ze veel samen met haar man. O.a. Terry Woods, een veteraan in de folk-scene, kwam de groep versterken. Op de derde LP staat ook het nummer Fiesta, dat in Nederland een bescheiden hit werd. Hoewel weinig mensen hier de Pogues bij naam kennen, blijkt dit lied zeer bekend te zijn onder alle lagen van de bevolking. De Pogues treden ook op op Pinkpop. Verder verleent de te vroeg overleden zangeres Kirsty MacColl haar medewerking op het scabreuze kerstnummer "Fairytale of New York", dat ook opmerkelijk bekend is geworden.
De volgende LP's zijn Peace and Love en Hell's Ditch. Ze zijn zeker niet slecht, maar het wordt duidelijk dat het hoogtepunt voorbij is, vooral omdat op Peace and Love minder dan de helft van de nummers door MacGowan zelf gezongen wordt. Ook veel teksten zijn niet meer van hem. MacGowan levert nog steeds pareltjes (zoals "Lorca's Novena", een lied over de terechtstelling van Federico García Lorca) af, maar zijn alcoholisme zorgt ervoor dat de andere bandleden meer en meer het heft in handen moeten nemen. Zo schrijven Jem Finer en Philip Chevron nu een groot deel van de teksten, en blijkt Chevron ineens ook een heel mooie stem te hebben!
[bron: wikipedia]
Tracklist:
01 Gridlock [Instrumental]
02 White City
03 Young Ned of the Hill
04 Misty Morning, Albert Bridge
05 Cotton Fields
06 Blue Heaven
07 Down All the Days
08 USA
09 Lorelei
10 Gartloney Rats
11 Boat Train
12 Tombstone
13 Night Train to Lorca
14 London You're a Lady
Comments # 0