Post Description
Als het stof is neergedaald is alles gezegd en gedaan, zegt men altijd. We mogen voor wat de The Enid betreft hopen dat deze uitspraak uitsluitend geldt voor hun nieuwe album “Dust” en niet voor de band zelf. De band heeft namelijk aangekondigd dat de “Dust”-tour de laatste zal zijn met toetsenist en oprichter Robert John Godfrey en dat daarna de toetsenpartijen op het podium worden verdeeld tussen Joe Payne en Zachary Bullock. Wel zal Godfrey zo af en toe een gastoptreden doen en verder blijft hij betrokken bij de band, dat wel. We zullen zien.
“Dust” is het afsluitende deel van de trilogie waar de band de afgelopen jaren middels de albums “Journey’s End” 2010 en “Invicta” 2012 bezig is geweest. Je krijgt op “Dust” precies wat je van een album op een dergelijke positie kan verwachten. Zo heeft de muziek een ‘finale-vibe’ waar je niet omheen kan. Deze komt naar voren in een mooie schakering van bombast, intensiteit, berusting en uitbundigheid. Het zijn zaken waar The Enid groot mee geworden is en die zoals altijd buitengewoon fraai floreren in de door hun gemaakte combinatie klassieke muziek en symfonische rock. Als je dan bedenkt dat alle klanken vanuit de band zelf komen, raak je helemaal van je à propos en zo is het ook met de zang. Je hoort ongeveer een koor, het zijn echt maar twee man die zingen. Het is typisch dat bij The Enid de zang eerst dertig jaar een ondergeschoven kindje was, terwijl het anno nu bijna de hoofdzaak van het bandgeluid is. “Dust” focust meer dan ooit op het vocale en doet dat op een buitengewoon intrigerende manier. Max Read zorgt met zijn bronstige stem en de nodige apparatuur voor een mega-brede onderlaag en ondertussen kopt leadzanger Payne met zijn bereik van vijf octaven noot voor noot binnen. Het spreekt voor zich dat de tekstuele inhoud en het daarmee gepaard gaande concept van groot belang zijn.
Op “Dust” staan zeven nummers die elk een punt voorstellen van een ster. Deze staan symbool voor een gebroken symmetrie. Zes van de zeven punten stellen tegenstellingen voor als ‘werelds en heilig’, ‘weelde en armoede’ en ‘milieu en consumptie’. Pas als deze uitgeschakeld zijn is er sprake van liefde, aldus Payne. Je kan discussiëren over het karakter van dit concept, de schoonheid van de teksten en de muziek staat buiten kijf. Wie gaat er nu niet helemaal plat als gitarist Jason Ducker het op zijn heupen krijgt. Er passeren sowieso een heleboel noemenswaardige zaken waardoor een track by track review eigenlijk noodzakelijk is. Vooruit met de geit dan maar.
“Dust” gaat van start met de aanzwellende intro van Born In The Fire waarin een Bolero-achtig ritme is te horen. Het theatrale nummer zet zich in gang met filmische klanken en de nodige bombast, soms tegen het hectische aan. Payne klinkt er als Freddy Mercury en komt met een prachtige melodielijn die je op de rijstvelden in Japan doet wanen. De euforie die de gitaar aanbrengt legt een ontzagwekkendheid bloot die typisch is voor The Enid. Het zwierige Someone Shall Rise is dan weer tamelijk toegankelijk, mede door zijn gedragen sfeer. Het is een gezwollen aangelegenheid die uitmondt in een ontladend akkoord, waarna trompetten het nummer uitschallen. In Monsters doet de band het rustiger aan. Het nummer is opgebouwd uit enkel toetsen en zang zoals dat op voorganger “The Bridge” regelmatig het geval is. Wel moet worden opgemerkt dat de refreinen qua zang behoorlijk vol zijn neergezet. Niet dat dat erg is overigens, integendeel. Het album krijgt halverwege het weelderige 1000 Stars z’n hoogtepunt qua theatraliteit. Te horen zijn een hoekig ritme, een uitbundige Payne en een gitarist die iedere progfan naar het puntje van zijn of haar stoel weet te krijgen. We hebben hier absoluut een magisch moment. Met When The World Is Full gaat de band dezelfde kant op als in Monsters, mooi, warm, emotioneel en orkestraal. Het album kan dergelijke rustpuntjes goed gebruiken. Zo vraagt het daarop volgende Trophy ook weer heel wat van je als luisteraar. Het doet een aanslag op je musical-hormonen en mocht je die niet hebben, zullen je papillen van de pakkende melodie aangesproken worden. Heavy Heart sluit het geheel op verrassende wijze af. Het nummer dat over de liefde van de mensheid gaat, swingt de pan uit en is flink bombastisch met een Moon Safari-achtige twist tot slot.
“Dust” is een fraai album. Nee het is een heel fraai album, eigenlijk een keer zo goed als de andere twee albums van de trilogie. Het uitgekiende componeerwerk van de heren is zo exquise dat je voor altijd door de roes ervan bedwelmd wil blijven.
Born In The Fire (8:17)
Someone Shall Rise (5:11)
Monsters (5:37)
1000 Stars (7:14)
When The World Is Full (5:27)
Trophy (6:13)
Heavy Heart (5:42)
Joe Payne – zang
Robert John Godfrey – toetsen, orkestrale arrangementen
Max Read – koor, vocoder, programmeren
Jason Ducker – gitaar, basgitaar
Nic Willes – basgitaar, orkestrale percussie
Dave Storey – drums
Dominic Tofield – drums (Someone Shall Rise)
Zachary Bullock – toetsen (Monsters)
** http://muziekrequest.forumgratuiti.com/ **
Comments # 0